Lees hier onze andere blogs
Zijne Majesteit de Koning en Hare Majesteit Koningin Máxima nodigden 24 juni 2025 tijdens de NAVO-top in Den Haag de deelnemende staatshoofden en regeringsleiders uit voor een diner op Paleis Huis ten Bosch. Bij het diner was ook minister-president Schoof aanwezig. De Koning hield een toespraak:
Nederlanders zijn van “Duitschen bloed” door de historische band tussen Nederland en het Duitse grondgebied, vooral in de middeleeuwen en de vroege moderne tijd. De huidige Nederlandse monarchie stamt uit de House of Orange-Nassau, dat oorspronkelijk afkomstig is uit het Duitse gebied van Nassau. Door huwelijken en politieke allianties werd de Nederlandse koninklijke familie sterk verbonden met Duitse adellijke huizen. Deze Duitse roots waren vooral zichtbaar in de 19e en 20e eeuw.
Willem-Alexander heeft echter een belangrijke stap gezet door zijn keuze voor de Argentijnse Máxima als koningin. Dit doorbroken verband met Duitsland werd een symbolische stap naar een meer diverse, moderne identiteit van de Nederlandse monarchie, los van het overwegend Duitse koninklijke erfgoed. Zo werd de “keten” van puur Duits bloed doorbroken. Het Huis van Oranje-Nassau stamt af van het Duitse huis Nassau, dat oorspronkelijk afkomstig was uit het huidige Duitsland. De naam Oranje komt van het graafschap Oranje in Zuid-Frankrijk, dat in de 16e eeuw eigendom werd van Willem van Oranje, beter bekend als Willem de Zwijger. Hij wordt vaak gezien als de grondlegger van het Huis van Oranje in Nederland, omdat hij de leider was van de Nederlandse opstand tegen de Spaanse overheersing, die leidde tot de onafhankelijkheid van Nederland. De leden van het Huis van Oranje-Nassau hebben sindsdien de monarchie in Nederland bekleed. Hoewel de familie oorspronkelijk Duitse wortels had, was Willem van Oranje een belangrijke figuur in de Nederlandse geschiedenis en wordt hij nog steeds als een symbool van de Nederlandse onafhankelijkheid beschouwd.
De koninklijke familie is dit jaar weer een stukje rijker dan het voorgaande jaar. De familie Van Oranje-Nassau heeft een geschat vermogen van 1,4 miljard euro. Dat is een stijging van 100 miljoen euro ten opzichte van een jaar eerder. De kosten van het Koninklijk Huis lopen voor de Nederlandse Staat in 2025 op tot 59 miljoen euro. Koning Willem-Alexander krijgt volgend jaar 1,1 miljoen euro salaris onbelast gestort. Dat is 64.000 euro meer dan in 2024. Koningin Máxima krijgt in 2025 circa 31.000 euro extra en komt dan uit op 462.000 euro. Voor prinses Beatrix komt er 44.000 extra bij. Zij ziet daarmee 658.000 euro op haar persoonlijke bankrekening bijgeschreven. Ook prinses Amalia heeft recht op een inkomen, maar zij stort de 345.000 euro die daarmee is gemoeid ook in 2025 terug in de staatskas. Wel incasseert zij dit jaar voor het eerst de andere vergoeding die leden van het Koninklijk Huis krijgen, ook wel bekend als de B-component. Dit bedrag, in 2025 1,6 miljoen euro, is bedoeld voor persoonlijke en materiële uitgaven die samenhangen met koninklijke verplichtingen. Willem-Alexander, Máxima en Beatrix krijgen een vergoeding uit de B-component. Voor de koning bedraagt die 6,1 miljoen. Zijn vrouw krijgt bijna acht ton en voor zijn moeder is 1,3 miljoen euro begroot. Behalve een inkomen (A-component) en de vergoeding voor persoonlijke en materiële uitgaven (B-component) drukken er ook nog zogeheten functionele uitgaven van de koning op de rijksbegroting. Ruim 38 miljoen euro is bestemd voor personeel en materieel van de dienst Koninklijk Huis. Daarnaast is er nog 8 miljoen beschikbaar voor het Kabinet van de Koning, het Militaire Huis en de Rijksvoorlichtingsdienst.
Herkomst en historie van de Oranjes
Willem van Oranje
Willem (Dillenburg, 24 april 1533 – Delft, 10 juli 1584), Prins van Oranje, graaf van Nassau-Dillenburg, beter bekend als Willem van Oranje of onder zijn postume bijnaam Willem de Zwijger,
Frederik Hendrik van Oranje
Frederik Hendrik werd geboren op 29 januari 1584 in Delft. Zijn vader Willem van Oranje, werd vermoord op 10 juli 1584
Willem I
Willem (Dillenburg, 24 april 1533 – Delft, 10 juli 1584), Prins van Oranje, graaf van Nassau-Dillenburg, beter bekend als Willem van Oranje of onder zijn postume bijnaam Willem de Zwijger, trouwde op 14-jarige leeftijd met de negenjarige Maria Henriëtte Stuart, de oudste dochter van koning Karel I van Engeland.
Willem II
Na de troonsafstand in 1840 werd Willem III de prins van Oranje. Na een jachtpartij op de Veluwe, kreeg de prins koorts. Hij bleek aan pokken te lijden en op 6 november stierf hij op 24-jarige leeftijd. Acht dagen later werd zijn erfgenaam geboren, de latere stadhouder Willem III.
Willem III en Emma
Willem Alexander Paul Frederik Lodewijk (Brussel, 19 februari 1817 – Apeldoorn, 23 november 1890), Prins van Oranje-Nassau, was koning der Nederlanden en groothertog van Luxemburg van 17 maart 1849 tot zijn dood in 1890. Willem was de oudste zoon van koning Willem II der Nederlanden en koningin Anna Paulowna. Willem trouwde in 1839 met zijn volle nicht prinses Sophie van Württemberg. Zij kregen drie zonen, die allemaal eerder stierven dan hun vader: Willem, Maurits en Alexander. Na de dood van zijn vrouw hertrouwde hij in 1879 met de Duitse prinses Emma zu Waldeck und Pyrmont. Zij kregen één dochter, Wilhelmina, die hem opvolgde.
Wilhelmina en Hendrik
Op 10 jarige leeftijd werd prinses Wilhelmina Helena Pauline Maria (1880), door het overlijden van haar vader koning Willem III, koningin der Nederlanden. Koning Willem III zou feitelijk niet de vader van Wilhelmina zijn maar de Duitser Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz. Tot haar achttiende verjaardag nam haar moeder Emma als regentes het koningschap waar. Na haar officiële inhuldiging in 1898 huwde ze op 7 februari 1901 met de Duitse hertog Heinrich zu Mecklenburg-Schwerin in Paleis Noordeinde. Heinrich heette vanaf die dag Hendrik. Heinrich waren overigens een achterneef van Wilhelmina. De Russische tsaar Paul I en zijn vrouw Maria Fjodorovna waren zowel Wilhelmina’s overgrootouders als de betovergrootouders van Heinrich. In april 1902 bleek Wilhelmina tyfus te hebben. De twee kregen in 1909 Juliana, die, wellicht door het incest na drie miskramen werd geboren. Het is dan ook allerminst zeker of Juliana wel van Hendrik is. Gedurende hun huwelijk ging het dan ook al snel mis. Het voortdurende geldgebrek van Hendrik en zijn dure hobby’s kosten veel geld en hij voorzag zijn arme Duitse familie van Nederlands geld. Ook gaf hij veel geld uit zijn maîtresses en aan de buitenechtelijke kinderen die hij bij hen verwekte. Het lukte hem niet om zijn uitgaven onder controle te krijgen en hij ging lening na lening aan om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen. Vanaf het einde van de Eerste Wereldoorlog leefden zij dan ook vrijwel gescheiden. Voor het Nederlandse volk werd de schijn opgehouden van een gelukkig huwelijk. Wilhelmina vluchtte bij aanvang van de 2e wereldoorlog met haar gezin in een Engelse torpedojager naar Engeland. Juliana en de kinderen Beatrix en Irene reisden een maand later door naar Canada, teneinde de dynastie veilig te stellen. Wilhelmina hield tijdens haar ballingschap in Londen slechts dertig radiotoespraken voor Radio Oranje. Al die keren noemde ze de Joden slechts driemaal. Na de oorlog kwamen ze terug Wilhelmina kreeg bij de landelijke verkiezingen van 1946 een teleurstelling te verwerken met betrekking tot de vernieuwing die haar voor ogen stond; de oude politieke partijen en hun zuilen kwamen terug. De Nederlanders wilden echter niets van haar vernieuwingsplannen weten en haar gezondheid ging achteruit. Wilhelmina was vijfendertig jaar onder invloed van Sadhoe Sundar Singh, een goeroe uit het toenmalige Brits-Indië, die behoorde tot de sekte van de Sikhs, maar zich tot het christendom bekeerd had. Wilhelmina gebruikte ondertussen pervetine, een middel dat tegenwoordig bekendstaat als crystal meth en vluchtte toen de 2e wereldoorlog uitbrak met een lading goud naar het Verenigd Koninkrijk. Dat meldt rechtshistoricus Marcel Verburg in zijn boek Geschiedenis van het Ministerie van Justitie 1940-1945. Volgens de historicus had het drugsgebruik grote invloed op het handelen van de vorstin. Na een ambtsperiode van bijna 50 jaar deed zij op 4 september 1948 troonsafstand. Twee dagen later vond de inhuldiging van koningin Juliana plaats. In de nacht van 27 op 28 november 1962 overleed zij in Paleis Het Loo aan de gevolgen van een hartaandoening. Zij werd 82 jaar en werd bijgezet in de Delftse Nieuwe Kerk op 8 december 1962.
Juliana en Bernhard
Prinses Juliana werd op 30 april 1909 in Den Haag geboren als dochter van Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik. Ze ontmoette Bernhard van Lippe-Biesterfeld tijdens een wintersportvakantie en verloofde zich in 1936. Op 7 januari 1937 trouwden ze in Den Haag. Bernhard, geboren in 1911 en afkomstig uit een adellijke maar niet bijzonder rijke familie, had een broze gezondheid als kind.
In de jaren ’30 was hij lid van de NSDAP, al ontkende hij dit later stellig. Zijn originele lidmaatschapskaart werd na zijn dood gevonden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vluchtten Wilhelmina en Bernhard naar Londen, terwijl Juliana en de prinsessen naar Canada gingen. Bernhard presenteerde zich als verzetsheld en speelde een rol als verbindingsman tussen Nederland en de geallieerden. Na de oorlog werd hij Inspecteur-Generaal van de Krijgsmacht en kreeg hij een invloedrijke positie bij de Bilderbergconferenties.
In de jaren ’50 ontstond een crisis door de invloed van gebedsgenezeres Greet Hofmans op Juliana. Bernhard, die zelf Hofmans naar het hof had gehaald, werkte later mee aan haar vertrek. Ondertussen stond het huwelijk onder druk door zijn vele affaires en buitenechtelijke kinderen. Juliana overwoog tweemaal een scheiding, maar dit werd door politieke druk voorkomen om de monarchie te beschermen.
In 1976 werd bekend dat Bernhard steekpenningen had aangenomen van de Amerikaanse vliegtuigfabrikant Lockheed, waarvoor hij onder de naam “Victor Baarn” geheime rekeningen in Zwitserland had. Er waren ook geruchten over betalingen van Northrop, maar dit werd nooit officieel onderzocht. Hij verloor zijn militaire functies, maar werd niet juridisch vervolgd. Een deel van het geld zou hij hebben gebruikt voor het Wereld Natuur Fonds, maar of dit bedoeld was om zijn imago op te poetsen blijft speculatief.
Bernhard bleef berucht om zijn affaires en extravagante levensstijl. Hij had meerdere buitenechtelijke kinderen en organiseerde feesten waar jonge vrouwen aanwezig waren. Biografen schrijven dat hij zich grensoverschrijdend gedroeg tegenover vrouwen, waaronder een lid van Juliana’s toneelclub en sommige hofdames, maar harde bewijzen ontbreken. Tot zijn dood in 2004 bleef hij ontkennen dat hij ooit een nazi was of corrupt had gehandeld. Ondanks zijn publieke imago als verzetsheld en diplomaat blijft zijn reputatie omstreden.
In een uitzending van ‘Ongehoord Nieuws’ op 25 april 2024 herhaalde De Roy van Zuydewijn tal van (eerdere) klachten tegen het Koninklijk Huis en in het bijzonder tegen Prins Bernhard sr. Hij vertelde dat een uitspraak van hem in de Tv-uitzending over zijn afwezigheid bij het huwelijk van Prins Willem Alexander en Maxima hem uiteindelijk de kop kostte en financieel te gronde had gericht. Zuydewijn werd na zijn huwelijk met prinses Margarita de Bourbon de Parme, de oudste dochter van prinses Irene en prins Carlos Hugo van Bourbon-Parma jarenlang, buiten weten van de regering om achtervolgd, afgeluisterd, bankroet en dakloos gemaakt. Zijn succesvolle softwarebedrijf met 13 werknemers werd volgens hem ten gronde gericht. Zelf noemt hij het karaktermoord. Hij werd later volledig van alle beschuldigingen en aanklachten vrijgesproken. Tweederde (63%) van de Nederlanders zijn inmiddels geen voorstander meer van het in stand houden van het Koningshuis. GroenLinks-PvdA ging nog een stap verder en stemde voor afschaffing van het Koningshuis. Sinds de zomer van 2020 gaat het al bergafwaarts nadat de Oranjes fouten maakten tijdens de coronaperiode. Sindsdien is er een neerwaartse spiraal. Ook Van Zuydewijn bevestigde het pedofiele verleden van Bernhard. Wijlen Prins Bernhard had de Nederlandse regering geadviseerd materiaal van de Amerikaanse vliegtuigfabrikant Lockheed aan te schaffen en ontving hiervoor van de vliegtuigbouwer 1,1 miljoen dollar aan steekpenningen.
Het Openbaar Ministerie deed strafonderzoek naar Box Consultants wegens mogelijke miljoenenfraude met verborgen commissiebetalingen. De 55-jarige Remy M. zou als directeur van vermogensbeheerder Box Consultants ruim € 8 miljoen aan provisies niet aan klanten hebben uitgekeerd, maar aan Box en zijn privévennootschap Boulder. Box Consultants heeft miljarden euro’s in beheer van de koninklijke familie. Remy M. heeft eerder in 2015 na Fiod-invallen ook al vier dagen in voorarrest gezeten. Hij is de persoonlijke accountmanager van het Koninklijk Huis. De hele strafzaak werd geseponeerd door malversaties van de Landsadvocaat Pels Rijcken en negen jaar later is nog steeds geen strafzaak begonnen tegen Box of Remy M. waarna de zaak werd geseponeerd. Het OM liet in oktober 2023 nog weten dat het onderzoek nog liep en dat het nog geen beslissing heeft genomen over een eventuele vervolging. Door accountantskantoor Stibbe zijn tuchtklachten ingediend tegen Pels Rijcken, waaronder tegen landsadvocaat Reimer Veldhuis. Pels Rijcken zou onder meer ten onrechte hebben geadviseerd dat het OM het verschoningsrecht mocht schenden. “Waar het OM zijn verantwoordelijkheid heeft genomen voor de begane schendingen, geldt dat (nog) niet voor een aantal individuele betrokkenen buiten het OM,” verklaart Stibbe.
Beatrix en Claus
Toen Beatrix haar moeder Juliana in 1980 opvolgde stond het Koningshuis er dus al niet best voor. Schandalen hadden het imago en de geloofwaardigheid van het koningshuis geschaad. Beatrix nam daarop een zakelijke houding aan, met een zekere afstand tot het volk. Het huwelijk met de Duitse Claus, zo vlak na de oorlog, gaf haar een slecht imago. Nederlanders waren boos over het voorgenomen huwelijk van prinses Beatrix met de Duitse Claus von Amsberg die lid was geweest van de NSDAP-Jungvolk en de Hitlerjugend. Van augustus 1943 tot januari 1944 werd hij door Duitsland ingezet als ‘marinehelper’ in de omgeving van Kiel. In januari 1944 werd hij voor twee maanden opgeroepen voor de Reichsarbeitsdienst en ingedeeld bij een vliegveld in de stad Koningsbergen, thans Kaliningrad in Rusland. Van augustus 1944 tot maart 1945 verbleef hij in Neuruppin bij de reserve-pantserafdeling. In die periode volgde hij drie maanden lang in het door de Duitsers bezette Deense Viborg een opleiding aan de plaatselijke pantserschool. Vervolgens werd hij begin maart als vaandrig ingedeeld bij de negentigste Panzergrenadierdivisie in Italië. Op oudejaarsavond 1962 ontmoette hij Beatrix voor het eerst op een feestje bij vrienden in Bad Driburg. In 1963 ging Claus in Bonn werken op het ministerie van Buitenlandse Zaken, sectie Economische Betrekkingen met Afrika ten zuiden van de Sahara. Verscheidene ontmoetingen eind 1964 en begin 1965, waarbij Richard Prinz zu Sayn-Wittgenstein-Berleburg als rookgordijn fungeerde, verstevigden de relatie tussen Claus en Beatrix. De climax kwam op 10 maart 1966, tijdens het huwelijk in Amsterdam. Beelden van rookbommen tussen de bruiloftsstoet gingen de hele wereld over. Claus kreeg prostaatkanker, leed aan parkinson en later lieten ook zijn nieren het afweten. Op 2 februari 2002 woonde hij, sterk verzwakt, het huwelijk van Willem-Alexander en Máxima Zorreguieta bij. Enkele maanden later op 6 oktober dat jaar stierf hij aan de gevolgen van Parkinson en een longontsteking. In het najaar van 1983, toen Claus al een jaar in psychiatrische behandeling was, kwam er nog eens een afschuwelijke affaire bij, welke het leven nog zwaarder voor hem maakte. Royaltyverslaggeefster van De Telegraaf, Josje Hagers, verspreidde het alarmerende gerucht dat Claus eigenlijk een homo was. Tijdens een bezoek van Beatrix en Claus aan de vs zouden de prins en de jurist van het koninklijke paar, Frits Salomonson, in New Yorkse homobars zijn gesignaleerd en met infrarood camera’s zijn gefilmd. Josje zag een nieuwe Greet Hofmans-affaire in het verschiet. De commissie-Van Traa beschuldigde de huisadvocaat van de koningin van betrokkenheid bij grootscheepse witwasoperaties van drugsgelden. Het ging om raadsman F. Salomonson en zijn gewezen zakenpartner Oscar Hammerstein.
Willem Alexander en Maxima
Catharina-Amalia Beatrix Carmen Victoria
Troonrede 2025
Leden van de Staten-Generaal,
Bij de start van dit parlementaire jaar geldt nog meer dan anders dat de polsstok van het regeringsbeleid niet verder reikt dan u toestaat. Het werk van het kabinet rust na de recente politieke ontwikkelingen immers op een zeldzaam smalle basis in beide Kamers van de Staten-Generaal. Het kabinet beseft terdege dat in de komende periode nauw overleg met u nodig zal zijn om voldoende steun te verwerven en nog resultaten te kunnen boeken.
Tegelijkertijd kennen de dagelijkse zorgen van mensen over werk, wijk en woning geen pauzeknop. Mensen willen een inkomen waarmee ze het einde van de maand halen, een veilige en vertrouwde woonomgeving en een huis voor zichzelf en hun kinderen. Voor jongeren is een eigen woonruimte een cruciale stap op weg naar zelfstandigheid. Iedereen wil ook – heel concreet en dichtbij – kunnen rekenen op goede en toegankelijke zorg, op een sociaal vangnet als het leven even tegenzit en op onderwijs dat kinderen allereerst de basisvaardigheden leert. Dát zijn onderwerpen die mensen primair bezighouden.
Daarnaast leven we in een tijd van grote internationale veranderingen. Dat bleek eens te meer eind juni, toen de ogen van de hele wereld gericht waren op Den Haag. De succesvolle NAVO-top werd vrijwel meteen ‘historisch’ genoemd. En inderdaad, het besluit om de defensie-uitgaven fors op te schroeven, markeert de ingrijpende en razendsnelle geopolitieke ontwikkelingen die zich voor onze ogen voltrekken. 80 jaar na de bevrijding van ons land zijn vraagstukken van vrede en veiligheid opnieuw urgent. En ook op andere terreinen komen er grote thema’s op ons af. Hoe benutten we de kansen die de snelle opkomst van kunstmatige intelligentie ons biedt, en hoe beperken we tegelijkertijd de risico’s? Hoe om te gaan met toenemende digitale dreigingen? En hoe houden we de economie sterk en concurrerend, in een wereld van handelstarieven en nieuwe economische machtsverhoudingen? Het zijn grote vragen, waar geen snelle en gemakkelijke antwoorden op te geven zijn, maar waar regering en Staten-Generaal zich wel rekenschap van moeten geven.
Daarom is het goed als we ons, bij alle onzekerheden die er zijn, steeds realiseren dat het leven alleen achterwaarts kan worden begrepen, maar voorwaarts moet worden geleefd, zoals een bekende uitspraak luidt. Dat betekent dat politiek en samenleving in het hier en nu toekomstgericht moeten blijven denken en handelen, ook nu ons land voor nieuwe verkiezingen staat.
Tegen die achtergrond heeft het kabinet de intentie zoveel als mogelijk verder te bouwen op hetgeen in het achter ons liggende jaar in gang is gezet. Na de val van het kabinet is voor weinig onderwerpen van het regeringsbeleid besloten tot een pas op de plaats. Hopelijk biedt dat een basis om gezamenlijk stappen vooruit te blijven zetten. Regering en Staten-Generaal hebben hierin een verschillende rol, maar een gedeelde verantwoordelijkheid ten opzichte van de samenleving.
Helaas lijken in Nederland mensen steeds vaker tegenover elkaar te staan, op straat, online, op universiteiten en niet in de laatste plaats ook in Den Haag. Met uitgesproken opvattingen, voor of tegen, zwart of wit. Alsof het gelijk van de één automatisch het ongelijk inhoudt van de ander, terwijl de maatschappelijke werkelijkheid bijna altijd oneindig veel complexer is dan dat. Het kabinet is ervan doordrongen dat dit ook van zijn kant vraagt om een open, luisterende houding en om compromisbereidheid. Debat en verschil van inzicht horen bij een levende democratie. Maar wat er ook bij hoort, is de bereidheid elkaar over die verschillen heen op een volwassen manier de hand te reiken. Het spreekt vanzelf dat het kabinet die opdracht om te beginnen op zichzelf betrekt, met als doel tot oplossingen te komen voor problemen en zorgen die breed in de samenleving leven. Samen met u en samen met de gemeenten, provincies en waterschappen.
Met die intentie zal het kabinet zich allereerst voluit in blijven zetten om de parlementaire behandeling van de nieuwe migratiewetgeving af te ronden. Grip krijgen op migratie is een van de grootste zorgen die leven in het land, en het onderwerp blijft hoe dan ook urgent.
Natuurlijk staat buiten kijf dat de grote lopende hersteloperaties, die al zo pijnlijk lang duren, met de grootst mogelijke kracht worden doorgezet. Voor de Groningers, voor de toeslagenouders en voor iedereen die achteraf gezien een te lage WIA-uitkering kreeg. Voor de langere termijn ligt er een grote opdracht om regelgeving veel minder complex te maken, om herhaling te voorkomen.
Op het gebied van veiligheid is veel in gang gezet om de samenleving weerbaarder te maken tegen dreigingen van buitenaf. Maar ook de veiligheid in de eigen omgeving vraagt een stevige aanpak. We kunnen niet accepteren dat meisjes en vrouwen zich op straat niet veilig voelen, of mensen met een keppeltje op of hoofddoek om, of dat twee mensen van hetzelfde geslacht niet hand in hand kunnen lopen. Dat vraagt iets van de hele samenleving, maar ook van politiek en bestuur. In de begroting voor 2026 is geld beschikbaar voor versterking van de veiligheid op stations, voor meer opvangplekken voor vrouwen die te maken hebben met huiselijk geweld en voor de aanpak van femicide.
Met het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord wordt de toegang tot de gezondheidszorg verbeterd. Samen met gemeenten werkt het kabinet verder aan de Hervormingsagenda Jeugd. Daarnaast is er het recente Hoofdlijnenakkoord Ouderenzorg, dat gericht is op verbetering van de langdurige zorg thuis en in het verpleeghuis. Al deze initiatieven vragen de komende periode om verdere invulling, zodat goede zorg in de toekomst beschikbaar blijft voor iedereen.
Heel belangrijk is uiteraard dat Nederland van het stikstofslot af gaat, zodat de vergunningverlening weer op gang kan komen. Dat is dringend nodig om meer huizen te kunnen bouwen, voor bedrijven die willen investeren, maar ook om werk te kunnen maken van de grootste onderhoudsopgave ooit aan wegen, bruggen en andere infrastructuur. Dit voorjaar is een aanzet gegeven met het Startpakket Nederland van het Slot. Het kabinet gaat door met de uitwerking. Uitgangspunt van het pakket is dat landbouw, natuur en industrie met elkaar in balans worden gebracht en dat stikstofdoelen worden gehaald, in het besef dat voedselzekerheid van wezenlijk belang is voor de toekomst van ons land. Zeker in tijden van geopolitieke onrust.
Vooral in het ruimtelijk beleid hangen veel onderwerpen met elkaar samen. Voor tal van activiteiten is immers ruimte nodig. Denk aan woningbouw, natuur en het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering. Denk ook aan defensie, de energietransitie, verkeer en vervoer, en toekomstbestendige landbouw. In de Nota Ruimte komen deze thema’s samen. Meer centrale regie is nodig om in de beperkte ruimte die er is, recht te doen aan alle belangen. De komende periode gaat het kabinet hierover met u en met gemeenten, provincies en waterschappen in gesprek. Juist in het ruimtelijk beleid ligt een belangrijke sleutel om de economische en bestuurlijke kracht van regio’s te benutten en doorbraken te bereiken. Om te zorgen dat er meer huizen gebouwd kunnen worden, wijst de Nota Ruimte vier nieuwe locaties aan voor grootschalige woningbouw, naast vele andere kleinere locaties.
De basis onder een toekomst met goede voorzieningen voor iedereen, is en blijft een sterke economie en een gezonde overheidsbegroting. Aan de positieve kant staat dat de werkloosheid structureel laag blijft en dat de armoede verder is gedaald. Ook positief is dat alle groepen volgend jaar meer te besteden krijgen, vanwege fors gestegen lonen en eerder genomen maatregelen om de koopkracht te verbeteren. In dat licht is het belangrijk dat de verlaging van de brandstofaccijns volgend jaar gehandhaafd blijft. Toch is er ook reden tot zorg. Zo blijft het tekort op de begroting volgend jaar weliswaar binnen de afgesproken grenzen, maar voor de toekomst zijn wel heldere keuzes nodig om dat zo te houden. Bovendien is de huidige economische groei te laag om ons voorzieningenniveau op termijn op peil te houden.
Juist daarom is het zorgelijk dat steeds meer ondernemers negatief zijn over het Nederlandse investeringsklimaat. Dat geluid klinkt zowel in het midden- en kleinbedrijf als vanuit grote ondernemingen en moet worden gehoord. Als bedrijven minder investeren, of zelfs overwegen Nederland te verlaten, dan tast dat uiteindelijk het verdienvermogen van ons land aan. Verlaging van de regeldruk blijft dringend noodzakelijk. Daarnaast werkt het kabinet verder aan de voorbereiding van een nationale investeringsinstelling en wordt er fors geïnvesteerd in de halfgeleiderindustrie, waarmee het toekomstig verdienvermogen van Nederland wordt versterkt. De regeling voor lagere energiekosten voor de industrie wordt verlengd tot 2028.
In Caribisch Nederland en in de landen Aruba, Curaçao en Sint-Maarten staan welvaart en welzijn onder druk. Samen met de regeringen en bestuurlijke partners daar, werkt het kabinet verder aan meer financiële stabiliteit, sterker bestuur, voedselzekerheid en een beter voorzieningenniveau. Vanwege het geheel eigen karakter van elk eiland vraagt dat om maatwerk.
Ook de lopende buitenlandagenda is breed en divers, van handelsbevordering tot de onderhandelingen over de nieuwe Europese meerjarenbegroting. Maar twee onderwerpen springen er hoog bovenuit: de voortgaande Russische agressieoorlog in Oekraïne en de humanitaire catastrofe in Gaza. Voor beide brandhaarden geldt dat er zo snel mogelijk een einde moet komen aan het bloedvergieten en het afschuwelijke verlies aan mensenlevens. Als lid van de internationale coalitie die Oekraïne steunt, gaat Nederland door op de weg van onverminderde militaire, diplomatieke en politieke steun, tot een duurzame vrede voor Oekraïne is bereikt. Recent is besloten twee Nederlandse luchtverdedigingseenheden en driehonderd militairen te stationeren in Zuidoost-Polen, op de grens met Oekraïne. Nu de oorlogsdreiging dichterbij is dan de meesten van ons zich kunnen herinneren, zijn we extra dankbaar voor de inzet van onze militairen en veteranen voor vrede en veiligheid wereldwijd, in heden en verleden.
Ook voor de humanitaire crisis in Gaza geldt dat Nederland meer druk kan zetten op het bereiken van een staakt-het-vuren door samen te werken met internationale partners. Het kabinet blijft zich inzetten voor een einde aan het geweld en een toekomstperspectief voor alle inwoners van de regio. De eerste voorkeur gaat daarbij uit naar een gezamenlijke Europese aanpak. Velen in ons land voelen zich diep betrokken bij de toekomst van Israël en de Palestijnen, en zijn uitermate bezorgd over de noodsituatie in Gaza. Iedereen wil dat er zo snel mogelijk een einde komt aan het menselijk leed. Het kabinet hoopt vurig – en zal zich er ook voor inzetten – dat mensen rond dit onderwerp niet nog meer tegenover elkaar komen te staan.
Leden van de Staten-Generaal,
Op 29 oktober maken hopelijk zoveel mogelijk stemgerechtigde Nederlanders gebruik van hun democratische recht om invloed uit te oefenen op hun eigen toekomst en die van ons land. Verkiezingen zijn immers niet alleen hoogtijdagen in een parlementaire democratie, maar ook momenten waarop de koers van het land wordt bepaald. De Staten-Generaal hebben daarin een grote rol. Dat is een eervolle taak en een grote verantwoordelijkheid die op uw schouders rust. U mag zich in uw belangrijke werk gesteund weten door het besef dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden.